Leden Koninklijke familie 13 december 2006 bij uitreiking Grote Prins Claus Prijs 2006

Woensdag 13 december wordt in aanwezigheid van Hare Majesteit de Koningin en andere leden van de Koninklijke familie in het Muziekgebouw aan ’t IJ in Amsterdam de Grote Prins Claus Prijs 2006 uitgereikt aan grafisch ontwerper Reza Abedini uit Iran.

Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Friso reikt de prijs uit. Tijdens deze bijeenkomst worden ook de andere tien Prins Claus Prijzen van dit jaar gepresenteerd. Ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van het Prins Claus Fonds staat de presentatie van de Prins Claus Prijzen dit jaar in het teken van een feestelijke terugblik op alle thema's en subthema's van voorgaande jaren.

De uitreiking wordt bijgewoond door Hare Majesteit de Koningin, Hunne Koninklijke Hoogheden Prinses Máxima, Prinses Mabel, Prins Constantijn en Prinses Laurentien. Prins Friso en Prins Constantijn zijn erevoorzitters van het Prins Claus Fonds.

Reza Abedini (1967, Iran), hoofdlaureaat van de Prins Claus Prijs, is grafisch ontwerper. Hij doceert grafisch design en beeldcultuur aan de universiteit van Teheran. Abedini ontvangt de Grote Prins Claus Prijs, 100.000 euro, als erkenning voor zijn creativiteit bij het produceren van grafische ontwerpen en voor de manier waarop hij de kennis en verworvenheden van het artistieke erfgoed van Iran toepast en nieuw leven inblaast.

Tijdens de presentatie wordt nieuw werk van 2006 laureaat Lida Abdul (Afghanistan) getoond. Daarnaast geven drie zangers een korte presentatie van 'Bintou Were, een Sahel Opera', die in het voorjaar van 2007 in première zal gaan in Bamako, Mali.

De overige tien 2006 Prins Claus Prijzen, van 25.000 euro:

  • Lida Abdul (1973, Afghanistan) is een beeldend kunstenares die met video, film, fotografie en performances onderwerpen als 'thuis' en identiteit onderzoekt en visualiseert.
  • Christine Tohme (1964, Libanon) is cultureel organisator, kunstactiviste en curator. In 1994 richtte zij Ashkal Alwan op, de Libanese vereniging voor beeldende kunsten, een non-profitorganisatie die eigentijdse culturele producties initieert en ondersteunt.
  • Erna Brodber (1940, Jamaica) is schrijfster, cultuurhistorica en sociaal activiste die onderzoek verricht naar geschiedschrijving op basis van mondelinge overlevering in Jamaica.
  • Henry Chakava (1946, Kenia) is een innovatieve en ondernemende uitgever. Hij geeft werk uit van zowel belangrijke schrijvers als nieuw talent in de Afrikaanse literatuur, hij bevordert het publiceren in lokale talen en produceert lokaal georiënteerde lesboeken.
  • Frankétienne, (1936, Haïti) is dichter, schrijver, dramaturg en leraar. Hij is de schrijver van de eerste roman in Haïtiaans Creools en heeft meer dan 30 titels op zijn naam staan.
  • Madeeha Gauhar, (1956, Pakistan) is actrice, theaterregisseuse en vrouwenrechtenactiviste. In 1983 richtte zij het Ajoka Theatre op, dat maatschappijkritisch werk van hoge kwaliteit op straat en in publieke ruimtes opvoert.
  • Michael Mel (1959, Papoea-Nieuw-Guinea) is performancekunstenaar, denker, curator en leraar. Hij doceert expressieve kunsten aan de Universiteit van Goroka.
  • Committee for Relevant Art (CORA) (1991, Nigeria) is een innovatief, non-profit platform voor maatschappelijke expressie, betrokkenheid en discussie over culturele kwesties in Nigeria.
  • Al Kamandjâti Association (2002, Palestina) is een non-profitorganisatie die muzieklessen verzorgt voor Palestijnse kinderen, met name kinderen uit vluchtelingenkampen en dorpen op de Westelijke Jordaanoever, in de Gazastrook en Zuid-Libanon.
  • Het Nationale Museum van Mali in Bamako (heropend in 1981, Mali) speelt een prominente rol bij de preventie van roof van en handel in cultureel erfgoed in de regio, geeft voorlichting aan lokale gemeenschappen en zorgt voor het behoud en de interpretatie van lokaal esthetisch erfgoed.

Het Prins Claus Fonds hanteert een brede definitie van cultuur, waarin ruimte wordt gegeven aan artistieke en intellectuele disciplines, onderwijs, media en interculturele uitwisseling. Bovendien gaat de belangstelling van het Fonds uit naar de culturele en interculturele dimensies van gebieden die niet vanzelfsprekend een onderdeel van 'cultuur' zijn in de conventionele zin. Voorbeelden hiervan zijn technologie, wetenschap en sport. Deze gebieden brengen soms ook - zoals salsa, rap, vechtsporten - hun eigen vocabulaires en idiomen met zich mee.

Het Fonds heeft zich in tien jaar ontwikkeld tot een platform voor interculturele uitwisseling. Het Fonds wil het inzicht in culturen vergroten en de wisselwerking tussen cultuur en ontwikkeling bevorderen.

29 november 2006