Toespraak van Koning Willem-Alexander bij de intrede van de Prinses van Oranje in de Raad van State

Graag open ik deze buitengewone vergadering van de Raad van State.

Het doet mijn vrouw en mij groot plezier in Uw midden te zijn, samen met onze oudste dochter. Met trots begeleiden wij haar bij haar intrede in deze Raad, die zo’n belangrijke functie vervult in onze democratische rechtsstaat. 

De Raad van State maakt zich sterk voor de eenheid en kwaliteit van het openbaar bestuur en voor de rechtsbescherming van de burgers van dit land. In dit belangrijke werk is zelfkritische reflectie een continue opdracht. 

Ik weet hoeveel deskundigheid, ervaring en oprechte betrokkenheid er binnen de Raad zijn samengebracht. Wij zijn U dankbaar dat U onze dochter op deze hartelijke wijze verwelkomt en dat U haar in toekomstige jaren kennis wilt laten maken met de inhoud van Uw werk.

Lieve Amalia, gisteren vierden wij je achttiende verjaardag. Onze Grondwet bepaalt dat je na het bereiken van die leeftijd zitting hebt in deze Raad. Dat gaat automatisch. Maar het is geen automatisme. Het is een persoonlijke verbinding die je de kans geeft om meer inzicht te krijgen in de vraagstukken die belangrijk zijn voor de toekomst van ons land. Een fascinerende en veelkleurige leerschool.

Ik kan me goed herinneren dat mijn ouders mij introduceerden in de Raad van State, in 1985. De eerste jaren kon ik, door mijn diensttijd bij de marine en mijn studie, de beraadslagingen niet heel vaak bijwonen. Maar daarna veranderde dat. 

Ik heb warme herinneringen aan de vele woensdagen die ik hier aan de Kneuterdijk en aan het Binnenhof heb doorgebracht. De verbinding met de Raad heeft niet alleen mijn kennis verdiept en mijn horizon verbreed, ze heeft me ook in contact gebracht met vele wijze en inspirerende mensen. De vruchten pluk ik tot op de dag van vandaag.

De Raad van State heeft een geschiedenis van bijna vijfhonderd jaar en heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van ons land tot wat het nu is. Het werk gaat door, er is heel veel te doen. Als Voorzitter heb ik er alle vertrouwen in dat je je hier thuis zult voelen, omringd door mensen die de toekomst van ons land – en dus ook jouw toekomst – een warm hart toedragen.

Ik geef het woord aan de Prinses van Oranje.