Toespraak van de Prins van Oranje, voorzitter van de VN-adviesgroep voor water en sanitatie (UNSGAB) bij de opening van de Wereld Water Week 2008 in Stockholm, 18 augustus 2008

De toespraak is in het Engels gehouden.

Internationaal Jaar van Sanitatie - Sanitatie voor iedereen

Geachte mevrouw de voorzitter, meneer de president, excellenties, beste collega's, dames en heren

Een jaar zonder een bezoek aan de Wereld Water Week in Stockholm is voor mij ondenkbaar geworden. De SWWW is een vast punt in mijn agenda. Ik wilde de gelegenheid om mijn collega's hier in Stockholm toe te spreken dus niet voorbij laten gaan, alhoewel ik eigenlijk nog in Beijing had moeten zijn om als IOC-lid de Olympische Spelen bij te wonen.

Over de Spelen gesproken, wist u dat Beijing meer dan 8 miljard US-dollar geïnvesteerd heeft in riolering en afvalwaterzuivering? De luchtkwaliteit mag dan nog niet op het gewenste niveau zijn, maar de kwaliteit van de sanitatie in de stad is indrukwekkend en duurzaam.

Ik was de afgelopen week ook zeer onder de indruk van de sportprestaties en de sfeer die heerst op de Olympische Spelen. De spirit van de bevlogen sporter is overal voelbaar. Elke deelnemer is vastbesloten een medaille - liefst de gouden natuurlijk - te veroveren. Deze passie inspireert de deelnemers, maar brengt hen ook samen in een sfeer van wederzijds respect en harmonie.
Ik zie overeenkomsten tussen u en de atleten. U allen vertoont eenzelfde soort bevlogenheid en wilskracht als de olympische sporters. En de Olympische Droom is ook uw droom: streven naar een mooie toekomst voor de mensheid.
'One world, one dream.' Een wereld waarin ieder mens een gezond en waardig bestaan heeft. Een wereld waarin iedereen de mogelijkheid heeft zich persoonlijk te ontwikkelen. Dat is onze gezamenlijke droom.
En net als de olympiërs in Beijing beschikt u over een groot doorzettingsvermogen. U zet zich al jaren in voor MDG7, doel 10. En niet zonder resultaat: uit de cijfers van het door de WHO/UNICEF gepubliceerde JMP-rapport 2008 blijkt dat het aantal mensen dat geen toegang heeft tot beter drinkwater tot ruim onder het miljard is gedaald!
Meer dan de helft van de wereldbevolking kan nu thuis beschikken over leidingwater en het aantal mensen dat gebruik maakt van niet-verbeterde waterbronnen daalt gestaag. Dank zij uw inspanningen! Daarvoor wil ik u vanaf deze plaats complimenteren en mijn oprechte waardering uitspreken.
Ik wil bovendien het SIWI en de Zweedse regering alle lof toezwaaien voor het organiseren, ieder jaar weer, van een voortreffelijke waterconferentie. Het doet mij bijzonder veel genoegen dat in deze Wereld Water Week bijzondere aandacht wordt besteed aan het onderwerp sanitatie.
Dames en heren, u en ik kennen maar al te goed de verontrustende feiten en cijfers die de negatieve gevolgen van de afwezigheid van sanitaire voorzieningen heel concreet weergeven. Maar het is toch op zijn minst opmerkelijk dat een groot aantal mensen nog steeds niet op de hoogte is van deze cijfers of zelfs maar van het bestaan van de wereldwijde crisis op het gebied van sanitatie.
Het zijn juist deze mensen, beleidsmakers en opinieleiders, die nog nooit aan den lijve hebben ondervonden hoe het is geen goede sanitaire voorzieningen te hebben. En als ze dat wel hebben ervaren, dan is het te lang geleden om zich de mensonwaardige omstandigheden nog voor de geest te halen.
Zij doen dagelijks hun behoefte op een prachtig toilet dat aangesloten is op een goed functionerend rioleringsstelsel. Maar zij zijn zich waarschijnlijk niet bewust van het feit dat dit toilet en afvoersysteem de basis is van hun gezonde bestaan. Het is voor hen moeilijk voor te stellen hoe onveilig en gênant het is om telkens weer midden op straat je behoefte te moeten doen. Of hoe het is voor vrouwen op het platteland die moeten wachten tot na zonsondergang om naar een paar struiken of een verafgelegen plekje te kunnen gaan, waarbij ze ook nog een groot risico lopen aangerand of verkracht te worden.

Om aandacht te vragen voor de wereldwijde crisis op het gebied van sanitatie en bewustwording en draagvlak rondom dit onderwerp te creëren heeft de adviesgroep van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor water en sanitatie - kort gezegd, de UNSGAB - de VN geadviseerd het jaar 2008 uit te roepen tot Internationaal Jaar van Sanitatie. En als voorzitter van de UNSGAB heb ik in dit belangrijke jaar de wereld rondgereisd.

Het Internationaal Jaar van Sanitatie is weliswaar nog niet ten einde, maar ik wil graag met u kijken naar wat we tot dusver hebben bereikt. Het is ook het aangewezen moment om te beslissen wat er in de laatste maanden van het jaar moet worden gedaan en om de toekomstige routekaart vast te stellen voor het bereiken van de MDG's inzake water en sanitatie.

Om te beginnen: het doet me deugd u te kunnen vertellen dat de UNSGAB het afgelopen jaar veel steun en medewerking heeft ontvangen van een groot aantal wereldleiders en regeringen. Veel interessante en inspirerende dialogen zijn inmiddels gevoerd en hopelijk zullen er nog vele volgen.

We krijgen veel positieve respons op onze oproep tot actie. De problemen rondom sanitatie worden onderkend en de bereidheid tot aanpakken blijkt uit het feit dat sanitatie inmiddels bij een groot aantal regeringen en organisaties op de politieke agenda staat, een van de belangrijkste doelen van de UNSGAB.

Ik kan u ook melden dat er vele internationale, regionale, nationale en lokale evenementen en initiatieven zijn gelanceerd. Zo hebben bijvoorbeeld regionale conferenties over sanitatie als LatinoSan, AfricaSan, EaSan en SacoSan voor het eerst tot verklaringen over water en sanitatie geleid en deze vormen weer een solide basis voor de verdere uitbouw van de water- en sanitatiesector in de desbetreffende regio's.

Er zijn nog meer resultaten: afgelopen juni vond in Sharm el Sheikh de Water- en Sanitatietop van de Afrikaanse Unie plaats. Ik had de eer de plenaire zitting toe te spreken, die door 52 staatshoofden en regeringsleiders werd bijgewoond. De Afrikaanse lidstaten hebben unaniem een verklaring inzake water en sanitatie aangenomen die voortbouwt op de veelbelovende eThekwini-verklaring van Durban en de verklaring van de eerste Afrikaanse Water Week. De AU-verklaring toont aan dat Afrikaanse leiders water en sanitatie topprioriteit geven. De verklaring biedt tevens een solide basis voor de verdere ontwikkeling van deze sector in Afrika. Ik beschouw dit belangrijke resultaat persoonlijk als een enorme sprong voorwaarts.

En het blijft gelukkig niet alleen bij woorden. Ook in het veld zien we prachtige resultaten! Zo vernam ik tijdens een bezoek aan Ethiopië eerder dit jaar dat er in de provincie Southern Nations in achttien maanden tijd 1,3 miljoen latrines zijn gebouwd. De ministeries van Watervoorziening, Volksgezondheid en Onderwijs hebben een memorandum van overeenstemming ondertekend waarin voor iedere partner staat aangegeven wat zijn taken en verantwoordelijkheden zijn bij de implementatie van de WASH-programma's in Ethiopië.

Onder rechtstreeks toezicht van de premier hebben deze drie ministeries twee nationale coördinatiestructuren opgezet: een voor beleid en strategie en de andere voor technische en operationele kwesties. Er is een National Sanitation Forum opgericht om te verzekeren dat het bevorderen van sanitatie en hygiëne de benodigde aandacht en ondersteuning krijgt.

Dankzij een effectieve lobby stonden water en sanitatie ook op de agenda van de G8-top in Hokaido van afgelopen juli. De leiders van de G8-landen kwamen overeen een nieuwe stimulans te geven aan hun inspanningen om het Evian Water Action Plan uit te voeren. Zij zullen de uitvoering tijdens de volgende top in Italië evalueren op basis van een voortgangsrapport opgesteld door een team van waterexperts. En aangezien de teamleden elkaar tijdens deze Wereld Water Week zullen ontmoeten, wil ik van de gelegenheid gebruik maken om hun veel succes te wensen.

Dit jaar heeft de Water Supply and Sanitation Collaborative Council (WSSCC) het Global Sanitation Fund ingesteld. Dit wereldwijde sanitatiefonds stelt allerlei donoren (bilaterale en multilaterale hulporganisaties, het bedrijfsleven, liefdadigheidsinstellingen en particulieren) in staat een efficiënte en kosteneffectieve bijdrage te leveren om 's werelds armsten aan elementaire sanitaire voorzieningen te helpen.

Dit jaar is UNSGAB een minder concrete en misschien daarom des te moeilijkere uitdaging aangegaan: het Internationaal Jaar van Sanitatie 2008 heeft daadwerkelijk bijgedragen aan het doorbreken van het taboe op sanitatie door onbesproken gelaten onderwerpen als toiletten en menselijke ontlasting bespreekbaar te maken.

UNSGAB blijft de dingen bij hun naam noemen - een toilet is bij ons gewoon een toilet. En dames en heren, ik hoop dat ik u kan inspireren hetzelfde te doen. Want we zijn er nog lang niet.

Er blijven namelijk nog veel vragen onbeantwoord: leidt het Internationaal Jaar van Sanitatie tot genoeg resultaten in het veld? Zullen onze acties tot duurzame verbeteringen leiden? Met andere woorden, hoeveel meer mensen krijgen toegang tot betere sanitaire voorzieningen? Hoeveel hebben er al een toilet bezocht? Voor hoeveel mensen is betere sanitatie nu een basisvoorziening?

Na dit eerste halfjaar kunnen we concluderen dat de inspanningen van UNSGAB inmiddels absoluut hun vruchten hebben afgeworpen. We zitten op de juiste weg en wereldwijd krijgen we steeds meer ondersteuning. Maar dat wil niet zeggen dat we al onze doelen hebben bereikt. We zijn eigenlijk nog maar net begonnen! UNSGAB moet zijn werk blijven voortzetten. Hoe noodzakelijk dat is, blijkt wel uit de cijfers.

Ik wil graag terugkomen op het al eerder genoemde JMP-rapport 2008. Er is opmerkelijke vooruitgang geboekt in Azië en Latijns-Amerika in termen van toegang tot verbeterde sanitatie. Ook in Afrika neemt het aantal mensen dat toegang heeft tot betere sanitatie gestaag toe, maar deze stijging houdt geen gelijke tred met de bevolkingsgroei. Meer mensen betekent meer ontlasting, dames en heren, zo simpel is het.

De verontrustende conclusie van het rapport luidt dat bij het huidige tempo de wereld de MDG-sanitatiedoelstelling met ruim 700 miljoen mensen zal mislopen. Om het doel te bereiken moeten we nu ieder jaar ten minste 173 miljoen mensen toegang tot betere sanitatie geven.

UNSGAB zal zijn werk daarom met verdubbelde inzet voortzetten. Gelukkig kunnen wij rekenen op aandacht en ondersteuning vanuit alle hoeken en op alle niveaus wereldwijd.

UNSGAB wordt door mondiale organisaties als UNICEF en WHO vaak betrokken bij de uitvoering van water- en sanitatieprojecten. Het feit dat de inspanningen van UNSGAB op de komende CSD - waar landbouw en biobrandstoffen centraal staan - uitgebreid aan de orde komen, weerspiegelt de positie die UNSGAB op dit gebied heeft. Tijdens deze bijeenkomst zal bekeken worden welke onderlinge verbanden er tussen de landbouw- en wateragenda zijn en zal worden ingegaan op de cruciale bijdrage die UNSGAB aan beide agenda's kan leveren.

Ook op het Wereld Water Forum in Istanbul volgend jaar maart krijgen onze thema's uitgebreide aandacht. Bovendien zullen de G8-leiders UNSGAB blijven steunen door het vergemakkelijken van de inspanningen voor een beter beheer van water en sanitatie. Ook de regionale samenwerkingverbanden die de afgelopen tijd tot stand zijn gekomen, de samenwerking tussen nationale en lokale overheden, tussen landen, private sector en NGO's geven aan dat UNSGAB er niet alleen voor staat.

Eind september zal de VN de voortgang bij de MDG's evalueren. Het zogeheten High Level Segment van de top omvat drie rondetafels, over armoede en honger, onderwijs en gezondheid en duurzame leefomgeving. De uitdaging ligt erin tijdens deze gesprekken de sectoroverschrijdende aard van water en sanitatie te benadrukken en de juiste basis te creëren voor verdere duurzame maatregelen.
Ik ben verheugd over het feit dat ik als voorzitter van UNSGAB uitgenodigd ben te spreken op de MDG-top bij de rondetafel onderwijs en gezondheid. Mijns inziens blijkt hieruit dat ook buiten onze sector men zich realiseert dat schoon drinkwater en sanitatie noodzakelijke basisvoorwaarden zijn voor onderwijs en gezondheid. Zonder toegang tot water en sanitatie kunnen we gezondheid en onderwijs niet verbeteren.

In de aanloop naar de rondetafel bij de MDG-top ben ik zeer benieuwd welke ideeën en suggesties er deze week naar voren komen. Deze kunnen zeker bijdragen tot het aanzwengelen van een dialoog die gericht is op een betere samenwerking tussen de verschillende ontwikkelingssectoren.

Dames en heren, het lijkt wel of de laatste maanden 'water', 'sanitatie' en 'door het water overgebrachte ziekten' de meest genoemde begrippen in de media zijn door het nieuws over de tyfoon in Myanmar, de aardbeving in China en de overstromingen in de VS. Toch blijft het nog te vaak bij crisismanagement alleen.

Helaas wordt in deze rampensituaties - in tegenstelling tot de onderwerpen gezondheid en onderwijs - te weinig de link gelegd met het Internationale Jaar van Sanitatie en de structurele oplossingen die de wereldgemeenschap kan leveren om toekomstige rampen te voorkomen of om tenminste de gevolgen ervan te beperken. Er is duidelijk behoefte aan een structurelere aanpak.

De ramp die nu om aandacht vraagt is de voedselcrisis. Deze ramp doet zich wereldwijd gelden en heeft op alle niveaus en binnen veel sectoren gevolgen. De stijgende voedselproductie en de productie van biobrandstoffen slurpen water en stellen daarom nog hogere eisen aan het watermanagement.

We mogen niet vergeten dat sanitatie slechts één onderdeel van watermanagement is. Voor het bereiken van MDG7, doel 10, zijn veel meer aspecten van belang: integraal waterbeheer, grensoverschrijdende en internationale samenwerking, goed bestuur en capaciteitsopbouw. Binnen het uitgebreide programma van WWWS 2008 is veel tijd uitgetrokken voor deze onderwerpen zodat we er hier deze week samen dieper op in kunnen gaan.

Dames en heren, "One world, one dream", is de slogan van de Olympische Spelen die ook op ons van toepassing is. Laten we met de spirit en het doorzettingsvermogen van topatleten afstevenen op ons einddoel. UNSGAB blijft u de nodige ondersteuning bieden, inspireren en motiveren tot actie. Op onze plak staat "sanitation for all". Dat is ons einddoel. Zilver is geen optie - we gaan gewoon voor goud!

Ik dank u voor uw aandacht en wens u een week vol successen en inspiratie toe!

Dank u.